Letter from Melijn archive
Item
-
Title
-
Letter from Melijn archive
-
Description
-
en
MOMU_T94_192_0206
-
Date Created
-
27/11/2015
-
page start
-
en
206
-
Language
-
en
nl
-
textline_id
-
en
region_1644589144207_3731l2
-
status
-
en
unreviewed
-
transcript of
-
en
Ady 23 sber 1739
sendt Coppens
Refervere mij aen mijnen laesten van 20 deser s verbeeck is eiyndelijck
gitteren bij mij geweest & heeft de quitantie tot caste van den bergh van
bernihertigheydt tot gendt door hem & sijnen Josijn Jumnieus onderteekent
& mij terkant gestelt, & hebbe de selve in gevolge ue ordre met twee. en
jestigh guldens, seven stuyvers courant gelt betaelt, & us: reieninge
daer vooren gedebiteert, & sende aen ue hier benevens de selve
quitantie om door ul tot gendt ontfanghen te worden
ick wil hopen, dat de Costuyem boecken van brabant voor nu
sullen geveedt sijn, smet staet vvormorgen naer gendt de comen
efte sijnen teneght, die de boecken sal comen afhaelen blijvende
middelertijdt ue ten hooghten derobligeert voor alle genomen
moeyte, & in soo danige oft andere voorvallende occasien,
gelieft liberlijck te comanderen die naer onse gedaene
ordinaire complimenten blijve Ady 2xber 1739
Gendt Coppens
tet antwoordt op us: seer aengename van 24 passt. hebbe deere van uk
te seggen, dat op ontfange den selve sonder uytstel ben gaen informeren
waer de stucken van het proces dat wij tegens dheer praet geheet hebbn
waeren beruttende, mijne swagerime heeft haere pampteren
doorsoght & niet gevonden, ben bij d heer ballingan gegaen, de het
selve proces bestierdt heeft by we de stucken oock niet waeren
eyndelinge, heeft de originele noch op het stadthuys gevonden,
& desen morgent met mij gevisiteert bij welcke het contract van
nouevelijck van voors praet met jouff: bouwens niet en gedient en
is geweest maer alleenelijck bij requeste vant selve, mentie
gemaeckt, hoe bij het selve contract besprosien was retour van
goedt it douarie conventioneel, & alsoo sy en lan hadde & jeen
cobtroij om daer van te disponeren soo hadden wij geconcluseert
vant selve een afstant te doen, & ick te doen dant geene hiy
sedert de doodt van sijn Comp. ontfanghe hadde, dh. ballingan
seght dat uy een copie van de sententie gelibilleert aehoorde
te hebben, dt ner uyt ue: het geheel cas, soo van den eenen
uls anderen cant ssult sonnen sien, & in gevelle ul het
selve gelieft hij sal de sententie gelibelleert doen uytrecten
waer op us: antwoordt sal verwaghten. wat belanght door dun netais
van tteghem een Copye te laten massen uyt het teltament van den
heere de lannoy il niet noodigh want soude maer hebben een copice
copie & boven dien het swaer poort betalen, soo gelieft emaer soo
goedt te sijn, van mij te noteren, voor wat notaris gepasseert is
op wat dato van de maendt, & paek sal sien hier eene songe
ditentigue daer uyt te crijgen, hebbe de boecken noch niet
ontfanghen smet is gisteren wederom naer gent vertrocken
altt gene ue voor mij sal verschoten hebben sal ue: op de
quitantien in ri: ten dancke valideren. ick hebbe dh
van lessel noch niet gesien is altijdt buyten on sijn hof
soo haest hij in stadt sal comen, sal hem de vijftigh guldens
min 3 t: betalen
ickk hebbe den sneght om de hoofdekens voor de nonnesens gesonden
de principaelste die daer aen wetckt leght siecken, dogh hebben belooft
int eynde van de toest mende wecke, eenige te sendee waer
mede naer oute gedaene conglimertie blijvve
T94-192
